Een lange reis
Na een poosje kwam Joppe weer naar buiten met de man die ze net ook zagen. Ze schudden elkaar nogmaals de hand. “Hoe lang hebben we hier nou al gewacht?” vroeg Sarah. “Een half uur,” zei Jordi. “Hij gaat weg. Er achteraan gaan of even wachten tot hij weg is?” “Er is hier niemand in de buurt,” zei Sarah, “dus laten we er maar achter aangaan.” Ze renden zo hard ze konden achter Joppe aan. Toen Joppe bij de woonboot kwam zei Sarah: “ Laten we maar naar de boomhut gaan, anders valt het zo op dat we vlak na hem binnen komen.”
Na een tijdje belde tante Kasja aan de scheepsbel voor het eten. Ze had een echt Marokkaans gerecht gemaakt. Jordi en Dille waren ook uitgenodigd voor het eten. Tijdens het eten zei Joppe: “Nu kan ik jullie eindelijk alles vertellen.” “Vertel op!” zei Jordi, “ik ben benieuwd!” “Ik ben vandaag naar een oud pakhuis geweest.” ”Ja, dat hebben we gezien,” mompelde Sarah. “Ssst Sarah, dat mogen ze niet weten!” fluisterde Jordi. “Vertel verder Joppe!” “Tante Kasja is namelijk niet zomaar naar Nederland gekomen, maar omdat ze hier een vriend heeft, Arjan. Hij werkt bij de geheime politie. Hij heeft mij gevraagd om een oogje in het zeil te houden bij het pakhuis. Daar is een bende actief.” “Wat doet die bende daar dan?” vroegen Sarah en Jordi tegelijk. Joppe nam een hap van z’n eten en zei : “Ze drukken vals geld!” “Zie je wel,” zei Jordi, “die dozen zitten vol met geld, ik zei het je toch.” “Dat klopt,” zei Joppe. “Maar weet je ook dat buurman Sluimer in het complot zit?” “Hè, echt waar?” krijsten Sarah en Jordi tegelijk. “Dat geloof ik niet, dat zuig je uit je duim!” “Nee, echt waar!” krijste Joppe even hard terug, “ Tante Kasja weet het ook. En Sluimer hoort ook bij de goeden. Hij begroef het koffertje in opdracht van mij. Dan kon Arjan het later weer opgraven. In de koffer zat geheime informatie en Arjan gaf mij weer bericht via de gele ballonnen.” “Ooh, ik snap het,” zei Jordi. “Maar ik snap één ding niet. Waarom vertel je ons dat alles nu pas?” “Omdat nu de bende opgepakt is,” zei Joppe. “Mede dankzij Sluimer en mij!” zei Joppe trots.
Opeens hoorden ze de scheepsbel. Wie zou dat nog zijn? De deur ging open en daar stond Arjan. Arjan ging ook zitten. En tante Kasja zei tegen Sarah en Jordi: “ Dit is nou Arjan en wij moeten jullie wat vertellen. We gaan trouwen in Marokko! En jullie zijn ook uitgenodigd!” “Vet gaaf!” schreeuwden Jordi en Sarah. “We gaan naar Marokko, we gaan naar Marokko, yeah!” “Ssst,” zei Joppe, “ ik wil ook nog wat zeggen.. Nou, Dille en ik willen zeggen dat… Wij gaan ook trouwen! En ook maar in Marokko, als we toch bezig zijn!” “Twee bruiloften op een dag. Vet gaaf !!! “ Sarah en Jordi dansten door de kamer. “Ga nou maar snel naar bed toe, we moeten morgen vroeg weg, want het duurt toch wel aardig lang met de auto naar Marokko,” zei tante Kasja. “En je kameel dan?” vroeg Sarah. “ Die gaat mee in een veewagen achter de auto. “ “Als het kan, mag Jordi dan bij mij logeren, pap,” vroeg Sarah op haar allerliefst. “Van mij wel,” zei Joppe. “Vooruit dan, ik pak je spullen wel.” “Yes!”
De volgende dag zat alles en iedereen al in de auto en iedereen zwaaide naar Sluimer. “Vier tortelduiven en een Marokkaanse kameel op weg naar de bruiloft in Marokko…” Jordi vond het een prachtige zin….