|
Verhalen spinnen lezen
Hieronder zie je het leesschema van Verhalen Spinnen. Elk blokje staat voor een hoofdstuk van een verhaal. Als je op een blokje klikt, verschijnt onder het leesschema dat hoofdstuk. Als een blokje nog grijs is, moet dat hoofdstuk nog geschreven worden. Om één verhaal te lezen, volg je de pijlen en de kleuren in het leesschema. Elk verhaal krijgt zijn eigen kleur. Je kunt het lezen of de video bekijken waarin de schrijvers hun hoofdstuk voorlezen.
Onderin het leesschema zie je bij elk verhaal open staan. Als je hierop klikt, krijg je alle hoofdstukken van dat verhaal op een rijtje te zien in een pdf-bestand. Je kunt dan het hele verhaal achter elkaar lezen. In het gekleurde schema, bovenaan elk hoofdstuk, zie je welke lijn er wordt gevolgd. Je kunt het hele verhaal ook uitprinten.
Video bekijken
Klik op de zwarte pijl om de video te starten. Op de video zie je de schrijvers hun hoofdstuk voorlezen. Aan het eind van deze video kun je doorklikken naar het vorige of volgende hoofdstuk of de video opnieuw bekijken.
|
|
|
|
Verberg leesschema
Verhaal 4 - Hoofdstuk 4 - De geheime kelder
De vader racet op zijn fiets naar het huis van de rentmeester met zijn jas nog half open. Hij krijgt steeds een vervelender gevoel. De wind blaast zo hard dat hij zowat slipt en op de weg belandt. Een auto toetert hard en een man schreeuwt boos:
‘Hee,man! Kun je niet uit kijken, of liggen je ogen nog op het nachtkastje!’
Vader rijdt snel weg en geeft de man geen antwoord.
Ondertussen zitten Bobbie, Marlies en Jim nog steeds in de pikdonkere grot waar ze geen hand voor ogen kunnen zien. Marlies zegt met snikkende stem:
‘Hoe komen we hier ooit nog uit? Het is hier zo glibberig en glad en niemand hoort ons.’
‘Stil maar zus, we redden ons wel. Laten we maar gewoon verder de grot in lopen. Misschien vinden we daar een uitgang,’ zegt Jim geruststellend. Jim neemt Bobbie op de arm en probeert een weg te vinden door met zijn hand langs de vieze, plakkerige, modderige muur te gaan.
‘Kom Marlies,’ zegt Jim.
Samen gaan ze voetje voor voetje door de pikzwarte tunnel. Na een tijdje komt hun een vreselijke stank tegemoet.
‘Ieuuuuw,wat is dat voor stank!’ roept Marlies en voelt ineens een harde bol voor haar voet liggen. Ze pakt het op en houdt het in een spleetje licht.
‘AAAAAAA! Getsiederie, hier liggen gewoon schedels van… v-van….van dode dieren!’ zegt ze geschrokken en laat de schedel vallen.
Jim loopt door en voelt ineens houten planken. Hij roept:
‘Hee Marlies, hier is volgens mij een deur!’
Marlies snelt naar Jim toe en probeert een klink te vinden. Uiteindelijk voelt ze de klink.
‘HIER IS EEN UITGANG,HIER IS EEN UITGANG!!’ schreeuwt ze.
‘Doe open Marlies,nu!’
Het maakt Marlies en Jim niet meer uit of ze op een schedel gaan staan of dat er een rat over hun voeten heen rent,die deur moest open. Marlies opent de deur en denkt dat ze vrij is, maar het enige wat gebeurt is dat het nog meer gaat stinken. Marlies en Jim kijken rond met grote, geschrokken ogen.
‘Maar…m-maar ….d….dit …..is echt vreselijk! Van wie zouden al die klemmen zijn? En…ooo nee he! Het hertje….het hertje dat in de klem zat!’ zegt Jim geschrokken.
Marlies tikt Jim aan: ‘Kijk eens Jim, dat is de werkkleding van de rentmeester! En moet je die foto’s zien!’
Jim kijkt naar de muur en ziet alle foto’s met de rentmeester er op en in zijn handen allemaal dode dieren.
‘Kom Marlies,wegwezen hier,’ zegt Jim.
Ze rennen verder de kamer in tot ze boven zich een luik zien waar een klein beetje licht doorheen komt.
‘Kijk Marlies, hier is een uitgang! Kom Bobbie, weg hier!’
Marlies neemt Bobbie op de arm en Jim probeert het luik open te maken. ‘Dit ding zit muurvast!’ zei Jim met een moeilijk gezicht.
Hij kijkt door een spleetje en ziet dat de rentmeester op het luik staat. Op dat moment gaat de deurbel en ze horen een bekende stem. Het is hun vader!
‘Marlies,pak je mobiel!’ fluistert Jim.
Marlies graait in haar zakken.
‘Shit, m’n mobiel ligt nog op m’n bureau. Hoe moeten we dit nou oplossen?’
‘Rustig zus, alles komt goed, alles komt goed,’ zegt Jim sussend. Ze zien hun vader binnenkomen, hij geeft de rentmeester een hand en vraagt: ‘Hallo beste Rentmeester, ik moet u iets vragen. Heeft u Jim en Marlies gezien? Ik ben ten einde raad! Ik weet echt niet waar ze zijn.’
‘Nou heb ik ook een vraag aan u. Weet u misschien waar Bobbie is? Misschien heeft uw zoon mijn hond meegenomen, hè? Die zoon van u is echt niet te vertrouwen!’ zegt de rentmeester op een woedende toon. ‘Komt u maar even binnen, dan kunnen we verder praten.’
Bobbie begint te piepen.
‘Ssst, Bobbie straks horen ze ons!’ sist Jim.
Marlies gebaart naar Jim dat Bobbie snel z’n snuit moet houden, anders……! Marlies kijkt weer door het spleetje en ziet dat de rentmeester stil staat, rondkijkt en na een tijdje weer verder loopt en vader gebaart dat hij verder kan komen.
‘Pieuw, nog maar net niet gesnapt! We moeten voortaan echt voorzichtiger zijn!’ zegt Marlies.
‘Oké, nu moeten we hier alleen nog weg zien te komen,’ antwoordt Jim. Opeens zien en horen ze de rentmeester teruglopen naar het luik. Hij bukt zich en steekt z’n hand uit naar het luik. Marlies fluistert:
‘Help! Wat nu?'
Wie is die stem? Hoofdstuk 3
|
Verhaal 4 - Hoofdstuk 4 - De geheime kelder
Geschreven door Leerlingen OBS Eskampen Groep 7
|
Klik hier voor leesschema
|
Verhaal 4 Hoofdstuk 5
Klem in de Waterleidingduinen Hoofdstuk 5
|
|
|