Met trillende vingers pakt Sam de brief uit de kast.
Ze vouwt de brief open en leest :
'Ga het donkere gangetje door en kruip het helemaal uit……'
Meer was niet leesbaar……………….
Sam twijfelt geen moment, maar Daan kijkt angstig naar zijn zusje die de donkere gang inloopt. Daan gaat er toch maar achteraan.
Inmiddels is Sam al bijna bij de uitgang van het donkere gangetje. Daan is in het midden, als hij een gil hoort; het is Sam.
Co rent snel weg ook de duisternis in.
'Wacht!' roept Sam hem nog na. Maar Co hoort haar al niet meer. Daan is bij Sam gekomen. Samen gaan ze het gangetje uit. Dan zien ze een blauw huisje. Ze kijken naar binnen en zien een slijmerig geval.
Dan gaat het licht aan. Ze zien Co in het huisje, hij heeft zijn blauwe overal aan en kijkt ….
O nee, hij kijkt hun kant uit! Vlug schieten ze het gangetje weer in.
Daan stoot zijn hoofd.
'Au, mijn hoofd,' schreeuwt Daan.
'Ssst,' sist Sam.
En ze kruipen het gangetje weer uit. Co is inmiddels naar een klein roestig kastje gelopen. Hij rommelt er in.
Hij zegt: 'Waar is het nou?'
Hij blijft rommelen en roept: 'Waar is het?'
Hij wordt rood en…
Er kruipt slijm naar de deur. Het licht valt weer uit. Daan springt op en gilt: 'Help!'
Hij rent het donkere gangetje in.
'Wacht nou!' roept Sam.
Ineens is Daan weg.
Sam roept angstig: 'Daan, waar ben je?'
Daan kreunt zachtjes: ‘Ik ben hier.’
'Waar?' roept Sam.
'Hier…'
Sam kijkt om en…
Daar ligt Daan!
Daan ligt op de grond.
Daan zegt: 'Ik heb het slijmerige geval gezien.'
Sam zegt: 'Waar?'
'In het enge gangetje ongeveer vier meter bij mij vandaan.'
Sam kruipt door en zegt: 'Ik zie hem niet.'
Bibberend zegt Sam: 'Weg, denk ik…..'
'Nee hoor!' gilt Daan!
'Waar is ie dan?' zegt Sam.
'Daar! Hij komt steeds dichter bij!'
'Volgens mij wil hij mij opeten!' gilt Daan.
'Tuurlijk niet!' zegt Sam.
Het licht gaat uit. Sam hoort nog een gil en dan is het stil, doodstil.
'Daan??' roept Sam. 'Waar ben je?'
Sam krijg geen antwoord. Ze wacht en hoort niets.
Ze kruipt een stukje verder door het gangetje. Ze hoort en ziet niets. Sam wordt een beetje bang.
'Waar is Daan nou,' denkt Sam.
Ze krijgt allemaal enge gedachtes. Misschien zit Daan wel onder het slijm of is hij opgegeten…..Dan gaat het licht onverwachts weer aan. Opeens zien ze Co. Wat doet hij daar? Hij  komt de kant van Sam op.
Snel verstopt ze zich. Ziet ze daar wat? Ja, daar is Daan, er zit een beetje slijm op hem.
'Ongedeerd, gelukkig……'  zegt Sam trillend: 'Ik wil hier weg.'
Zo snel ze kunnen kruipen ze naar de uitgang.
'Boem!' horen ze. Dat is schrikken.
Daan stottert : 'Wwat wwwas…dddat?'
Sam zegt: 'Ik weet het niet.'
Ze kruipen snel verder. Opeens kunnen ze niet meer verder. Sam zegt met trillende stem:
'Daan? Ik denk dat we opgesloten zijn……'